Solda (Sulden), Italië, donderdag 10 augustus 2017
Door: Jacky
Blijf op de hoogte en volg Patricia
10 Augustus 2017 | Italië, Trafoi
Vaduz is niet ver rijden. Na ongeveer 10 minuten veelal (door S- en haarspeldbochten) naar beneden rijden, komen we al in de hoofdstad aan. Een hoofdstad met ongeveer 6.000 inwoners. Ja, dan kun je Axel toch eigenlijk ook wel als metropool beschouwen. Wat valt er dan te zien in Vaduz? Een aantal moderne, dure winkeltjes, een slot dat bewoont wordt door de koninklijke familie (en dat je daardoor alleen van de buitenkant kunt bekijken), een kerk, het parlementsgebouw en het postzegelmuseum.
Om te beginnen met het laatste: wij gaan het postzegelmuseum in met eigenlijk maar één doel. Dat is het laten stempelen van één van onze paspoorten, zodat we daarmee kunnen aantonen dat we daadwerkelijk in dit ministaatje zijn geweest. Leuk voor in het fotoboek, nietwaar? Het parlementsgebouw ziet er bijzonder uit, maar echt groot kun je het ook niet noemen. Ook dit gebouw hebben we alleen van de buitenzijde bekeken. Waar we wel naar binnen konden is de kerk. Uiteraard een katholieke kerk, want de overgrote meerderheid van de Liechtensteiners (is dat de juiste term voor de inwoners hier?) is katholiek. Een mooi kerkje, maar toch wel wat minder bijzonder als bijvoorbeeld de kerk in Tirano.
We duiken tussendoor ook nog een soort speelgoedwinkel in, want in de etalage zien we namelijk het roemruchte merk Märklin staan. Een paar echte hobbyisten (oudere broers) onder ons weten dan vast en zeker waar we het over hebben. Juist, de maker van de modelspoorbaantjes. Het bestaat dus nog altijd en de treintjes en de vele accessoires die we binnen in de winkel bewonderen zien er nog even mooi uit als vroeger. De prijzen zijn helaas wat minder mooi. Er staat zelfs een treintje in een vitrine dat het lieve sommetje van ongeveer 500 euro zou moeten opbrengen! Dat is wel een erg dure hobby voor op je jongenskamer of die verlaten zolder. Desalniettemin is het voor ons (kleine broer en jongere zus) regelrechte nostalgie om deze treintjes weer eens te zien.
Met uitzondering van het slot van de koninklijke familie hebben we de hoofdstad in een uurtje wel ongeveer gezien. Dat komt mooi uit, want het eerste uur kost onze parkeerplaats niets. Zo gaat het laatste Zwitserse kleingeld naar het goede doel (het lokale kerkje) in plaats van in de parkeerautomaat. Vervolgens rijden we de berg op, waar het slot over de stad Vaduz uitkijkt. Het slot ziet er mooi uit en ook het uitzicht vanaf de berg mag er best wezen. Helaas werken de weersomstandigheden niet echt mee en houden we het na het maken van een aantal foto’s verder voor gezien in Liechtenstein.
En hop, op naar het volgende land. Of eigenlijk: de volgende landen. Want op weg naar Italië – de eindbestemming van vandaag – rijden we eerst een stuk door Oostenrijk heen. Dat betekent nog een stickertje naast die van Zwitserland op de voorruit plakken. Het weer wordt er onderweg overigens ook niet echt beter op. In Oostenrijk, tot aan onze lunchpauze bij een lokale SPAR, regent het af en toe wat. Na de lunch en met name na het oversteken van de grens met Italië verslechtert het weer nog eens extra. We hadden vanuit Nederland al begrepen dat het in het noorden van Italië qua weer al een tijdje bar en boos is, maar onze rit van vanmiddag bevestigt dat beeld helaas ook. De bergen (en dalen) zijn niet of nauwelijks zichtbaar door een grijze grauwsluier van mist en bakken met hemelwater.
Een stukje voorbij de grensovergang hadden we echter nog een stop in gedachten bij het zogenaamde Lago di Resia. Een meer waarin een compleet verdronken dorp ligt, waarvan alleen de torenspits van de kerk nog boven het water uitsteekt. Ter plaatse aangekomen komt de regen met bakken uit de lucht en onweert het er ook nog eens aardig bij. Daar laat Patricia zich echter niet door tegenhouden en in sneltreinvaart wordt er vanaf de parkeerplaats een foto van de torenspits gemaakt. Misschien niet de mooiste foto van de vakantie, maar als je het verhaal erachter kent kun je hem waarschijnlijk toch wel enigszins waarderen.
Na het fotograferen van de toren rest ons nog iets van 25 kilometer tot aan Solda (of Sulden, zoals de Duitse naam luidt). Ieder plaatsje waar we doorheen rijden heeft zowel een Italiaanse als een Duitse naam. We zitten dan ook in een gedeelte van Italië, waar je je goed zou moeten kunnen redden in de Duitse taal. Helaas is er niemand in de buurt om (in het Duits) de richting aan te vragen, wanneer we voor het eerst deze vakantie moeite hebben om het hotel te vinden. Het laatste stukje rijden we langs de Stelvio pas (wellicht deze morgen nog rijden, wanneer het weer het toelaat?) en eindigen we buiten elk soort van bebouwde kom bij een soort gasterij. Dat is toch echt niet het hotel dat we zoeken en dus rijden we in eerste instantie een stukje terug, om er wat later achter te komen dat we nog een stuk door hadden moeten rijden. Uiteindelijk vinden we echter rond 17 uur ons hotel in het toch wel enigszins omvangrijke plaatsje Solda. Desalniettemin: dat plaatsje hebben de Italianen toch aardig verstopt hier tussen de bergen.
Bij het hotel aangekomen giet het nog steeds water. Nadat we een plekje aan de voorzijde, zo dicht mogelijk bij de ingang hebben bemachtigd worden we door de receptionist vriendelijk verzocht om de auto aan de achterzijde te parkeren. Daar aangekomen moeten de koffers nog wel een stukje door de regen worden gesleept om via een zijingang het hotel in te kunnen komen. Tenslotte het laatste stukje inspanning van vandaag: die koffers via de trap naar de 2e verdieping slepen, want dit is het eerste hotel deze vakantie dat niet beschikt over een lift. Verder hadden we ons vandaag eigenlijk nog nauwelijks ingespannen, dus het is niet eens zo erg om op deze wijze nog een beetje lichaamsbeweging te krijgen.
Het eten speelt zich vanavond (vanaf 19 uur, mensen in de Alpen houden blijkbaar toch echt van laat eten) af in het hotel. We hebben halfpension en daarmee recht op 2 maal een 4-gangendiner. Gelukkig hoeven we vanavond dus niet meer door de regen op zoek naar een restaurant. Het diner zelf is goed, maar bevat wel een aantal bijzonderde smaaksensaties. Er staat onder andere Pilzrisotto (rijst met paddestoelen en daarover een soort kaassausje?) en Polenta (een typisch Noord-Italiaans gerecht: griesmeel van maïs) op het menu. Het vult echter prima en rond half 9 zijn we klaar met eten en begeven we ons weer de trappen op naar onze kamer met wel degelijk mooi uitzicht bij goed weer: we kijken namelijk uit op de grootste kabelbaan van de wereld met op de achtergrond een hoge berg inclusief gletsjer!). Nu maar hopen dat dat mooie weer nog komt, want in de grijze grauwe wereld hier buiten het raam ziet zelfs dat mooie uitzicht er toch een beetje mistroostig uit.
WILDLIFE COUNT: Mussen, een (ietwat opgezette) vos in zijn natuurlijke omgeving (wanneer je een raam in de gang van ons hotel openzet) en een dame van middelbare leeftijd die het een goed idee leek te vinden om te gaan zwemmen in het meer met de kerktoren, terwijl het een graad of 12 was, goot van de regen en het daar ook nog eens bij onweerde. Veel “wilder” wordt het volgens ons niet!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley